Vernauwing halsslagader (carotis)

Vernauwingen in de halsslagaders ontstaan door slagaderverkalking. Zo'n vernauwing kan leiden tot een TIA of herseninfarct.

 

Tussendoor: om welke vaten gaat het?

De gemeenschappelijke halsslagader (arteria carotis communis) ontspringt uit de aorta of een grote tak daarvan en splitst zich ongeveer ter hoogte van de kaakhoek op in een binnenste (a. carotis interna) en buitenste halsslagader (a. carotis externa). De a. carotis externa geeft allerlei takken af naar b.v. de schildklier, het strottenhoofd, de tong, de gelaatspieren e.d.  De a. carotis interna geeft na de splitsing tot aan de schedelbasis geen enkele tak meer af. In de schedelbasis verloopt de slagader in een S-bocht, geeft dan een tak af naar het oog en vertakt zich pas daarna verder in een voorste en een middelste hersenslagader. Centraal in  het hoofd is er een kring van vaten (de cirkel van Willis) die de linker met de rechterkant verbindt en ook nog eens de z.g. voorste met de achterste bloedsomloop. Bij afsluiting van een van de toevoerende vaten naar de hersenen kan de bloedtoevoer overgenomen worden door de andere kant.

 

Aan iedere zijde van de hersenen, wordt het bloed aangevoerd door 2 vaten, 1 vat aan de voorzijde (binnenste halsslagader) en 1 vat aan de achterzijde (wervelslagader). Aan de onderkant van de hersenen, bij de schedelbasis, maken deze vier vaten verbinding met elkaar (via de zogenaamde cirkel van Willis)

 

Oorzaken

Vernauwingen in de halsslagaders ontstaan meestal door slagaderverkalking. Bij slagaderverkalking hechten vetachtige stoffen aan de vaatwand waardoor er een verdikking (plaque) ontstaat. Deze plaque groeit aan en neemt steeds meer ruimte in. De halsslagader raakt op die plek steeds meer vernauwd. 

Risicofactoren voor slagaderverkalking zijn onder andere:

  • hoge bloeddruk
  • hoog cholesterolgehalte 
  • roken
  • overgewicht
  • diabetes

 

 

 

 

Medisch onderzoek

De slagaders in de hals zijn van buitenaf goed te onderzoeken op vernauwingen. De arts luistert naar de halsslagader met de stethoscoop. Als hij een ruisje hoort, kan dit wijzen op een vernauwing.

Andere mogelijke onderzoeken zijn:

  • duplex-onderzoek: onderzoek met ultrageluid
  • MRA (Magnetic Resonance Angiografy): een MRI-scan met contrastvloeistof in hals en hoofd
  • Computer Tomografische Angiografie (CTA): onderzoek met röntgenstralen

 

Behandeling vernauwingen

Bij vernauwing van de halsslagader schrijft de arts medicijnen voor. Verder is een gezonde leefstijl belangrijk, zodat de vernauwing niet verergert. Bij ernstige vernauwingen is soms een operatie nodig.

 

Medicijnen

Bij een vernauwing in de halsslagader kun je medicijnen voorgeschreven krijgen om:

  • het cholesterolgehalte te verlagen (statines)
  • bloeddruk te verlagen
  • samenklonteren van bloedplaatjes tegen te gaan

De medicijnen verminderen de groei van plaques bij slagaderverkalking en de kans op scheuren. Ook de kans op een (volgende) TIA of herseninfarct vermindert.

 

Wanneer een operatie

Een vernauwing in de halsslagader geeft vaak geen klachten en behandeling is niet altijd nodig. Soms is een operatie nodig: een halsslagaderoperatie of dotterbehandeling. De arts bepaalt of dit nodig is aan de hand van een aantal factoren:

  • de ernst en plaats van de vernauwing
  • leeftijd
  • geslacht
  • het risico op een TIA of een herseninfarct
  • lichamelijke conditie

In deze tabel staat aangegeven bij welke percentage vernauwing een ingreep zinvol kan zijn.

Duplex onderzoek

MRA onderzoek

 

Na een TIA of herseninfarct gelden andere richtlijnen. Dan komen mensen in aanmerking voor een operatieve ingreep bij:

  • vernauwingen van 70 - 99% en uitvalsverschijnselen in de afgelopen 6 maanden. Dit geldt voor mannen en vrouwen
  • vernauwingen 50 - 69% en uitvalsverschijnselen in de afgelopen 3 maanden. Dit geldt alleen voor mannen

 

Halsslagaderoperatie

Een halsslagaderoperatie vindt plaats onder volledige narcose. Voor de operatie krijgt de patiënt een bloedverdunner om stolsels te voorkomen tijdens de operatie. Tijdens de operatie controleert de chirurg met een hersenfilmpje de doorstroom van het bloed naar de hersenen en de hersenactiviteit.

Bij de halsslagaderoperatie (carotisendarteriëctomie) haalt de chirurg de binnenste laag van de vaatwand weg op de plaats van de vernauwing. Vaak zit de vernauwing op de plaats waar de halsslagader zich splitst, vlak onder de kaakhoek. De chirurg maakt een snede in de huid om de halsslagader vrij te maken. De chirurg klemt de halsslagader af en plaatst soms tijdelijk een shunt. Dit is een buisje waardoor de bloedtoevoer naar de hersenen blijft bestaan. De operatie bestaat uit het verwijderen van de binnenste laag van de vaatwand.

Na de operatie verblijft de patiënt nog ongeveer 5 dagen in het ziekenhuis, de eerste nacht vaak op de intensive care. Het herstel duurt ongeveer 3 maanden. De patiënt moet nog enige tijd bloedverdunnende medicijnen gebruiken.

 

Dotter- en stentbehandeling

Als een operatie niet mogelijk is, is dotteren soms een oplossing. Via een katheter schuift de arts vanuit de slagader in de lies een ballonnetje naar de vernauwde plaats in de halsslagader. Het ballonnetje wordt opgeblazen en rekt de vaatwand op. Bij deze behandeling plaatst de arts ook altijd een stent, een soort kokertje dat het bloedvat openhoudt.

 

Risico's en complicaties

Het dotteren en het plaatsen van een stent wordt alleen gedaan door specialisten met veel ervaring. Het risico op een beroerte is bij een dotter- en stentbehandeling van de halsslagader groter dan bij een halsslagaderoperatie.

 

(Bron:  Hartstichting)